Nr.179 eindigde met: “Tegen eind ’92 keerden Marina en ik terug naar Canada voor een home assignment en ook om te zien hoe het nu zou gaan met Rosa, daar Burt en Elaine vonden dat hun tijd op was en wilden verhuizen. Hoe zou de Heer deze maal leiden………..? (Zie richardandmarina.net).
Onze plannen waren om maar een paar maanden in Canada te verblijven, om Rosa te zien en om contact met onze thuisgemeente en andere ondersteuners te hebben. Maar omdat Burt en Elaine verhuisden en omdat Rosa nog hulp nodig had, bleven we langer. Nadat de dokters vastelden dat Rosa Myalgic Encephalomyelitis (ME) had, hielp Elaine haar met het verkrijgen van een invaliditeitspensioen. Op 23 december vloog ik terug naar België en bleef daar een paar maanden terwijl ik nieuwe gelovigen en gemeenten bijstond en hielp problemen op te lossen. Ik sprak ook op conferenties in Frankrijk, Duitsland en Wit Rusland. Daar verbleef ik bij vrienden, die met World Vision werkten, in Gomel, de op één na grootste stad van dat land. Ik werd uitgenodigd om te spreken voor de dokters en verpleegsters van een groot ziekenhuis en ook voor de stafleden van de grootste vrouwengevangenis in Wit Rusland. Allen die op die bijeenkomst waren kregen een bijbel. Het hoofd van de gevangenis was echt onder de indruk en ik ben bijna zeker dat zij de Heer heeft aangenomen. Wat mij in dat land het meeste trof was de geweldige armoede, gewoon ongelooflijk en het deed me beseffen hoe rijk wij zijn en hoe goed wij het hebben in het Westen, en hoe dankbaar we dienen te zijn.
Eind february vloog ik naar Canada, maar in april moest ik terug, deze keer naar Nederland voor de begrafenis van mijn moeder. Na al het reizen, de bijeenkomsten, de problemen, de emoties, enz. was ik uitgeput geraakt. Ik sprak met onze oudsten en vroeg hen of ik een zes maand “sabbatical” mocht nemen, zij stemden daar volledig mee in. Jezus zei tegen zijn discipelen na een zeer drukke periode dat ze een tijdje moesten rusten. Van 1971 to 1993 was een zeer drukke tijd geweest en het was goed om alles eens los te laten.
In December reisden Marina en ik terug naar België. Rosa kreeg voor een zekere tijd hulp van de oudsten, toen van het Rode Kruis en daarna van een organisatie, ILC, Independent Living Center voor mensen met een invaliditeit. Vijf dagen per week komt er een vrouw voor twee uur om te koken, kuisen en te helpen met persoonlijke verzorging, ze worden dan ook “verzorgsters” genoemd. De rest van de tijd is ze alleen en zorgt ze voor zichzelf.
Wij waren blij terug te zijn in het land waar de Heer ons gezonden had, maar de vijand was niet zo blij en 1994 zou een nogal bewogen jaar worden, het begon met een ernstig ongeluk…………! (Ga naar Overpeinzingen).