Nr.187 eindigde met: “Ik twijfelde er aan of deze man ooit het echte evangelie gehoord had, maar hij hoorde dat zeker die namiddag en ik wond er geen doekjes om, maar, al sprekende vroeg ik me wel af wat zijn reactie ging zijn………………..!” (Zie richardandmarina.net).
Na de dienst volgde een receptie en de burgemeester kwam naar mij toe om mij te bedanken voor mijn toespraak, hij was heel positief, ongelooflijk! Zijn vrouw was geweldig enthousiast en bedankte me verschillende malen, terwijl ze me vertelde hoe ze van alles genoten had, vooral mijn toespraak. Ik vroeg haar of ze een Bijbel bezat, hetgeen niet het geval was, en dus ging ze naar huis met een Bijbel onder haar arm. Ze vertelde me dat ze soms als ze aan het strijken was naar de Nederlandse Evangelische Omroep luisterde. Het zaad was dus gezaaid en de eeuwigheid zal aantonen wat er mee gebeurd is. In de inkomhal van het gebouw hangt een gedenkplaat met de woorden: “Op 5 mei 2000 werd dit gebouw van de Evangelische Christengemeente officieel geopend door de heer Frank Beke, burgemeester van de stad Gent.” We dankten de Heer hiervoor en gingen verheugd door met het werk van de Heer.
Wanneer men veel te doen heeft, vliegt de tijd en voor ons waren twee jaren zo voorbij. In augustus van 2002 gingen wij terug naar Canada voor onze 40 jarige huwelijksverjaardag. Deze keer kwam onze tweede dochter Lily, met haar man Bart en hun drie dochters ook mee en voor de meisjes was dit de eerste maal. Onze jongste dochter Rini woonde in Israel en kon niet komen. Onze oudste dochter Rosa was toen nog tamelijk goed en samen met Marina’s jongste zuster Carol die in Chatham, ON woonde, organiseerde ze het hele gebeuren. Het was echt geweldig om zo samen feest te kunnen vieren en we dankten de Heer voor Zijn zegeningen.
Lily en haar gezin keerden terug naar België, terwijl Marina en ik in Canada bleven om verschillende gemeenten te bezoeken in Ontario en dan naar het westen te rijden, terwijl wij onderweg gemeenten bezochten in Manitoba, Saskatchewan en Alberta, en ook familieleden. De samenkomsten en bezoeken waren allemaal gepland en we zouden kort na 15 september, onze huwelijksverjaardag, vertrekken. Op die dag, 15 september dus, een zondag, reden we naar een gemeente in Ethel, ongeveer 45 minuten rijden. Ik zou daar die morgen prediken. We vierden eerst het avondmaal met deelname van verschillende mensen. Toen werden brood en beker rondgedeeld waarna er een inzameling werd gehouden om onze dankbaarheid te tonen. Marina keek naar mij en zag mij zitten met gebogen hoofd en ogen toe, terwijl ik spierwit was. Ze raakte mijn arm aan die zo koud was als ijs. Ze schrok geweldig en denkende aan een hartinfarct, sprong op en riep, “Mijn man is dood…………..!” (Ga naar Overpeinzingen).